Straf

Dominique De Vries

De pest treiterde door het raam en jij brak met het glas
zijn illusie en weer een regel die niet aan jouw kant stond.
Ik even min. Jij, op je knieën, schreeuwt, ik hou mijn mond.
Stom, zoals het past voor de tweede beste van de klas.

Een lief deed je leed. Je hart zoekt de nooduitgang -
weg uit de krullen in je hoofd en je verfborstels bloeden
geen kleuren meer en het doek valt over je doeken.
Je leed om de liefde duurt een leven lang.

Maar levenslang wordt te kort want de scan
vonnist mama tot moeder van één minder.
Volle krullebol wordt doorschijnende witte man.

Kind hier, kind ginder, een kind wordt hinder-
lijk en met het stampen op de trappen van de gang
mis ik mijn kleine broer. Dit einde krijg ik niet gerijmd.

Vorige
Vorige

Irimi: a matter of nature

Volgende
Volgende

Bovenbuur